De laatste van vier dagen wandelen. Vier dagen 20 km in de prachtige omgeving van Odoorn. Het is een mooie ervaring geweest. Het is voor mij ook een goede voorbereiding voor de Nijmeegse geweest. Ik weet hoe ver ik conditioneel ben. Daarbij heb ik ook nog wel fysieke tekortkomingen ondervonden. En ik heb een idee hoe de rest van de voorbereiding in te vullen. Maar eerst nog de laatste van de vier etappes wandelen.
Wanneer wij in de richting van het 4daagse-terrein rijden komen wandelaars ons in grote getallen tegemoet. De 40 km deelnemers startten al vanaf 7 uur; de 30 km wandelaars mogen om 8 uur beginnen. Ons deelnemersveld, die van de 20 km kan om 9 uur van start gaan. Wij zijn tegen half tien bij de start. Mooi vroeg en om ons heen is het rustig.
Op hoop van zegen start ik Endomondo maar weer eens op de HTC. Gisteren ging dit redelijk goed. De meting was vrij accuraat. Sports-Tracker gebruik ik in ieder geval niet meer voor de lange afstanden. Die App crasht iedere keer weer. Als de apparatuur ingesteld is, kunnen we eindelijk beginnen.
Al na iets meer dan een kilometer halen we een echtpaar van gevorderde leeftijd in. We hebben hen iedere dag nog ingehaald. De andere dagen vaak verderop in het parcours. Ze lopen soms hand in hand, of arm in arm. Soms ook achter elkaar, als de drukte om hen heen te groot wordt. De man wordt ondersteund door een wandelstok en door zijn vrouw. We nemen aan dat zij de 10 km wandelen, geschat naar het rustige wandeltempo. Als wij na afloop van de etappes in de tent verblijven zijn zij ook steevast nog present. Als beloning drinken beiden een sinas.
Spoedig dient de eerste regen van de dag zich aan. Het wordt duidelijk dat het hier niet bij zal blijven. We twijfelen nog: regencape aan of nog niet. Ria heeft wel al een dun regenjack aangetrokken. Mijn windjack kan de eerste regen nog wel aan. Vooral als blijkt dat we al bij de eerste stempelpost zijn gearriveerd.
Tijdens het stempelen hoor ik mensen zeggen dat de capes wel weer opgeborgen kunnen worden. Buienradar meldt in onze omgeving weinig activiteit meer voor de komende uren. En dus besluit ik de cape nog maar in de tas te laten. Een half uur later stortregent het.
De regen heeft de paden glad en modderig gemaakt. Beelden van vorig jaar op de Camino komen voor mijn geestesoog. Het is nog lang niet zo extreem, maar het water is net zo nat. De modder maakt ons echter niet langzamer. We wandelen geconcentreerd verder. Ria heeft ondanks haar pijnlijke heup een stevig tempo. Slechts nu en dan piept en kraakt het, als er weer een pijnscheut door haar been en gewrichten giert. Dan gaat zij weer onvermoeibaar verder. Kanjer.
In Valthe de tweede en laatste stempelpost. Daar nemen we de tijd voor een kop koffie. Veel mensen ontvluchten hier even de regen voor een kop koffie of soep. De Schuttershof is afgeladen vol en de bediening roept ononderbroken naar de bar en de keuken. De koffie smaakt goed en geeft weer moraal om de weergoden te trotseren.
Of de een van de organisatoren komt uit Valthe, of men wist niet goed hoe de kilometers vol te maken, maar we worden kriskras door het dorp geleid. Meerdere keren zien we dichtbij andere wandelaars lopen die uit tegengestelde richting komen. We zien dus waarheen, maar worden via andere paden verder geleid. Dat zorgt wel voor enige wrevel. Begrijpelijk als een blessure blijft opspelen. Normaliter zou mijn metgezel al lang de kortste weg genomen hebben, nu slaat zij zich dapper door al het zigzaggen heen.
Uiteindelijk verlaten wij toch het dorp. De wind neemt wat toe en blaast ons vol in het gelaat. Gelukkig regent het niet meer. Dat maakt het toch wel aangenamer. We lopen midden tussen andere wandelaars. Sommigen zien we vandaag voor het eerst, maar velen hebben we ook de afgelopen dagen al gezien. De een herkennen we aan vlag of vaandel die gedragen wordt; de ander aan de specifieke tred. Velen groeten, maar anderen blijven stug in hun stilzwijgen.
Dan komt ten langen leste toch Odoorn weer in zicht. Daar zijn wij beiden wel blij om. Na vier dagen is het ook wel goed geweest. En voor Ria wordt de pijn toch een steeds grotere last. Zoals iedere dag wegen de laatste meters het zwaarst. We worden nog door het dorp geleid, waar net de jongste jeugd in optocht, verkleed en gesminkt naar de feesttent wordt gebracht. Begeleid door muziek en de aanmoedigingen van omstanders huppelen de kleintje voort. Dat geeft ons ook nog de laatste schwung die we nodig hebben om te finishen.
Tevreden stempelen we voor de laatste keer en nemen onze beloning in ontvangst: medailles en vaantjes. Daar doen we het voor. In de tent heerst een vrolijke stemming. Er is muziek, er is drank en iedereen geniet van haar of zijn prestatie. We organiseren twee stoelen en installeren ons in een rustig hoekje. Dicht bij de tap. Voldaan genieten we van de welverdiende borrel.
Het zit er op.